Noorwegen 2010 (Lofoten - RV17 - Besseggen)

Tot dusver waren we in Noorwegen nog nooit hoger geweest dan Åndalsnes. Dit jaar willen we verder noordwaarts, naar de Lofoten. En nee, we gaan niet gelijk door naar de Noordkaap. De Lofoten zijn een eilandengroep in het noorden van Noorwegen. Direct boven de Lofoten ligt een andere eilandengroep, de Vesterålen. Kenmerkend voor de Lofoten zijn de hoge spitse bergen. Toch zijn alle wegen op zee-niveau (dat maakt de eilanden ook populair bij fietsers). Beroemd zijn de kleine pittoreske vissersdorpjes. Alles draait om de visserij en het toerisme (zomers).

Bij reisorganisatie Norgereiser wordt onder de naam "Thor" een hotelreis aangeboden, met grotendeels dezelfde route die wij in gedachten hebben. De opzet is goed en de prijs is niet verkeerd, maar omdat wij graag vrij willen zijn en kunnen inspelen op het weer, gaan we toch op de bonnefooi. Net als in andere jaren zijn we van plan te overnachten in (camping)hutten. Omdat we midden in het hoogseizoen zitten nemen we ons koepeltentje en de ligmatjes ook mee ... voor de zekerheid. De slaapzakken moeten we sowieso al meenemen voor de hutten. En basisspullen zoals mokken, borden en bestek waren we ook al van plan mee te nemen.

Vanuit Oslo willen we we min of meer direct richting de Lofoten. Een route van ongeveer 1200 kilometer tot aan de veerboot in Bodø. Qua wegen is er heel weinig keuze. Boven Trondheim zijn er de E6 en de RV17.
De weg naar het noorden: E6
"E6": het klinkt als de naam van een snelweg, maar het is gewoon een tweebaansweg. Af en toe een stukje snelweg in de buurt van grote steden. Maar verder niet anders dan andere tweebaanswegen in Noorwegen. Het gaat ook gewoon door dorpen. En er rijden fietsers. En de overstekende schapen en elanden zijn er ook. De maximale snelheid is dus 80, af en toe stukje 90, maar regelmatig ook slechts 50 of 60 vanwege wegwerkzaamheden of een dorpje waar je doorheen rijdt. In het zuiden proberen we de E6 zoveel mogelijk te mijden. Naar het noorden toe is er natuurlijk geen ontkomen aan, maar de weg gaat daar door mooiere gebieden en het is er minder druk.

Ferry naar de Lofoten
Allereerst is er de ferry van Bodø naar Moskeness (www.torghatten.no). Deze doet er ongeveer 4 uur over. Met slecht weer schijnt het geen pretje te zijn. Iets noordelijker is er de 2 uur durende ferry van Skutvik naar Svolvaer. Maar dan moet je wel eerst ruim 200 km extra rijden.
De kustweg RV17 / Krystiksveien
De kustweg RV17 loopt van Steinkjer naar Bodø. Deze weg wordt door Noorwegen flink gepromoot als toeristenweg (www.turistvegen.no) en heeft zelfs een eigen site (www.rv17.no). Er is ook een klein gratis boekje met alle informatie. Dit boekje zagen we overal liggen, op de ferries, de campings en in winkelcentra.

In de route van de RV17 zitten 6 ferry's. Twee van 60 min. en vier korte (10-20 min). In principe willen we de RV17 in 2 dagen rijden. Maar of dat lukt met al die ferries erin? Als je pech hebt dat de ferry van 60 min net weg is, dan moet je twee uur wachten. Met een beetje creativiteit passen we de route aan. Het stuk bij Sandnessjøen halen we eruit. Het lijkt ons niet het meest interessante en het scheelt twee ferries, waaronder een lange. De rest is mooi verdeeld over de reisdagen. Het routeplan is zo opgezet dat we afhankelijk van het weer kunnen kiezen voor de E6 of de 17. Hoewel het onze voorkeur heeft om het bovenste deel van de 17 op de heenweg te doen en het zuidelijke deel op de terugweg. Ten eerste om het een beetje te verdelen, zodat we niet dagenlang alleen maar E6 rijden. Verder omdat de lange ferry dan beter te plannen is. En op de terugweg mijden we de drukte bij Trondheim.


klik HIER voor de gpx-file.

Tot zover alle mooie plannetjes...nu de praktijk nog :)





Ferry Kiel - Oslo

Om in Noorwegen te komen kiezen we voor de overtocht Kiel - Oslo van de maatschappij ColorLine. Voor ons een zeer prettige oversteek, want Oslo is een goed startpunt om verder naar het noorden te gaan. En Kiel is voor ons "slechts" 400 km rijden. We moeten om 12.00 uur in Kiel zijn. Voor ons dus prima te doen. Als we 's ochtends om 07.00 thuis vertrekken is het al 24 graden. Bij Hamburg staat de thermometer op 34 graden. De motorkleding plakt. We zijn blij dat we naar het noorden op vakantie gaan.
Om exact 12.00 uur rijden we aan in Kiel. Het duurde toch wat langer dan gedacht. Ondanks dat het zaterdag is, was het beredruk op de snelweg naar het noorden. Heel veel vakantie-verkeer. Bovendien leek de hele weg van Osnabrück tot Hamburg een grote bouwput. Overal wordt aan de weg gewerkt.



De veerboot is nieuw (in elk geval voor ons). Wat een luxe. Compleet met winkelstraat. En zoals het hoort in een winkelstraat, is er ook een pinautomaat. Dus gelijk maar noorse kronen gepind.



Oslo - Tynset (350 km)

Vanaf de haven duiken we al snel allerlei tunnels in. Het kost even wat moeite om de juiste weg te vinden. Wij willen via de 4 naar Lillehammer, maar die exit van de ondergrondse (!) is afgesloten. Via een omweg vinden we hem toch. Echt bijzonder is de 4 niet. Bij Lillehammer nemen we een stukje E6. Onze eerste kennismaking met de E6: "goh, gewoon een 2-baans weg". Verder veel wegwerkzaamheden, veel dorpjes, best wel druk. Dus opschieten doet het niet. Inmiddels is het ook al gaan regenen, iets wat voor ons bijna synoniem gaat worden voor de E6. We stoppen bij een tankstation. Ze hebben er koffie en broodjes knakworst. Dat komt mooi uit.
We zijn blij dat we er bij Ringebu af kunnen. Even een stop bij de beroemde stavkirke van Ringebu en dan, op aanraden van een collega, de Friisvegen op. Helaas miezert het nog een beetje, maar desalniettemin zijn de vele groene kleurschakeringen prachtig. Dit zijn de wegen die wij zoeken.



Daarna gaat het verder over de 3. Weinig verkeer en lekker doorrijden (veel vlotter dan op de E6). We gaan van de 3 naar de 30 via de Jotulhogget. Het verbindingsstukje blijkt een onverharde weg te zijn, met haarspeldbochten. Dat is onbedoeld gelijk een pittige start van onze vakantie. We komen een Noor tegen met een naked bike. De man rijdt flink door, het is duidelijk dat hij deze afkorting vaker rijdt. Ook de 30 is een lekkere rijweg, met lange bochten. In Tynset stoppen we voor vandaag. Op de camping hebben we een hut gereserveerd. En omdat het zondag is en we geen boodschappen kunnen doen, gaan we uit eten. Op weg naar de camping hadden we al een kebab-zaak gezien. En na het eten is het tijd voor de WK-finale, die helaas ontaardt in een ordinaire schoppartij die we ook nog verliezen.

Tynset - Steinkjer (330 km)

Als we wakker worden is de lucht helemaal opgeklaard. Het is prachtig weer. Snel even boodschappen doen en dan buiten ontbijten op het bankje. Heerlijk. Hoewel we al diverse keren in Zuid-Noorwegen zijn geweest, komen we eigenlijk nooit in deze oostelijke hoek van het land. Het is duidelijk minder toeristisch. Maar op weg naar het noorden, is het een mooi alternatief voor de E6.

Onze eerste stop voor vandaag is het oude mijnstadje Røros.




Achter Røros gaan we de 705 op. Het is een uitstekende tweebaansweg, ook al is het volgens onze kaart een kleine weg. De gps meldt "over 146 km rechts... " en gelijk zijn we ons weer bewust van de afstanden in Noorwegen. We rijden door mooie en afwisselende omgevingen. Verkeer is er amper. En ja, het rijdt gewoon vlot door.
Bij Stordal komen we op de E6. Het is gelijk een stuk drukker. Bij Alstaud gaan we er even af om een kerkje te bekijken. Het is mooi gelegen aan het fjord. In Steinkjer nemen we een camping-hut. Het centrum is op loopafstand.



Steinkjer Mo-i-Rana (370 km.)


We kunnen kort zijn over deze dag... REGEN... de hele dag stromende regen.
Vanaf de camping gaan we niet naar de E6, maar pakken de 763 ten zuiden van het meer Snasavatnet. De bedoeling was om hier een rotstekening te bekijken. De kiosk erbij oogt gezellig, maar het weer niet. We rijden door. Achter Snasa komen we vanzelf op de E6 en daar blijven we voorlopig. Hier wordt de E6 rustiger en qua omgeving mooier. Wij proberen zo rond de 83-84 km/uur te rijden. Maar vroeg of laat loop je altijd weer in op een treintje van voertuigen, waarbij de voorste de 80 km/uur niet kan of durft. Inhalen valt, zeker nu in de regen, niet altijd mee. Je hebt te maken met tegenverkeer en bochten. Richels in de weg. En tussendoor moet je ook nog opletten of er geen dieren op de weg lopen.
Soms gaat iemand aan de kant of remt af om anderen te laten passeren. Wij zitten achter een vrachtwagen die flink doorrijdt. Het is best vermakelijk. Zo vermakelijk dat we er tot Mo-i-Rana achter blijven. Campers en caravans worden door de vrachtwagen ingehaald, of hij rijdt er zo dicht op dat ze vanzelf wel aan de kant gaan.

Langs de route van vandaag zaten een aantal bekende watervallen, maar die hebben we maar overgeslagen. Behalve de Laksfossen. Daar hebben we toch even gestopt voor een foto. Intussen heb ik ook "ontdekt" dat mijn regenbroek niet meer 100% dicht is. De broek is al 10 jaar oud, maar dit is wel een onhandig moment om lek te gaan.

Eigenlijk hadden we deze dag in Nesna willen eindigen om morgen over de RV17 verder te gaan, maar de weersverwachtingen zijn ook voor morgen slecht. Dus zijn we op de E6 gebleven en vandaag geëeindigd op de camping in Mo-i-Rana.
De hutten zijn vol, maar ze hebben ook motelkamers met ontbijt. Dat is niet verkeerd. Het is een grote kamer met vloerverwarming. In no-time hebben we al onze natte spullen op de grond uitgestald en uitgehangen. De verwarming even flink hoog op draaien en dan kunnen wij uit eten. De camping ligt min of meer onder de rook van een gigantische fabriek. Niet dat je daar last van hebt. Het heeft eerder iets indrukwekkends.

Mo-i-Rana - Saltstraumen (220 km.)

Vandaag gaan we verder op de E6. Gisteravond hebben we alvast telefonisch een hut besproken op de Pluscamping in Saltstraumen. Ook vandaag weer de hele dag stromende regen. En dat is jammer, want de omgeving is best mooi. We passeren de poolcirkel. Vanwege de regen stoppen we alleen maar even voor een foto en gaan gelijk weer door, want al dat regenspul uit- en aantrekken is zo'n gedoe.
Het laatste deel van de route gaat over de 812. Als ik naar rechts kijk zie ik een eland bij een meertje. Een perfect plaatje. Snel stoppen. De camera zit altijd bovenin de tanktas. Maar het dier vertrouwt het niet en loopt alweer weg voor ik een foto kan maken. Dit is voor het eerst dat ik zomaar spontaan een eland zie (wel eens een elandsafari gedaan).

We zijn mooi op tijd in Saltstraumen. De hutjes ogen nog erg nieuw. De reden dat we hier overnachten, is dat je vanaf de camping lopend naar de bekende getijde-stromen kunt. Op het internet hadden we al een getijdentabel gevonden, maar die ligt ook bij de receptie.




Het is tijd om na te denken over de komende dagen. Via het internet (ze hebben bijna overal WiFi) bekijken we de weersverwachtingen op www.yr.no. Voor de komende dagen ziet dat er beter uit. Als het weer zo slecht was gebleven waren we misschien wel richting Zweden gegaan. Maar het ziet er goed uit en in dat geval willen we morgen wel de oversteek naar de Lofoten maken. De ferry vertrekt vanuit Bodø. Dat is ongeveer 35 km hier vandaan. Nu hebben we gelezen dat het verstandig is om de ferry vooraf te reserveren. Een belletje leert dat je dat minstens 24 uur van tevoren moet doen. Te laat dus. De man zegt dat het misschien nog via het internet kan. Een heel gedoe, want de pagina is in het noors en de verbinding is niet al te best. De site meldt dat de boot vol is. Dan morgen maar op goed geluk.

Saltstraumen - Bodø - Ramberg (35+80+55 km.)

We zijn al vroeg op, want we willen met de eerste ferry mee. De lucht is mooi helder. Om negen uur zijn we al in de haven van Bodø. Er zijn 3 rijen voor reserveringen en veel meer voor niet-reserveringen. We bedenken nu dat ze het ook niet kunnen maken om de hele boot vol te boeken met reserveringen, dan zouden passanten immers nooit mee kunnen.
We sluiten aan in rij 4. Er staan al een paar motoren. We lopen het kantoortje in. Een briefje geeft aan dat je binnen geen kaartjes kunt kopen. De kaartverkoop start anderhalf uur voor vertrek, gewoon buiten in de rij. Oke, dus net als bij de kleinere ferries. We zijn nog niet buiten, of een meisje spreekt ons aan. Waar onze motoren staan? Zij verkoopt ons en de andere motorrijders als eerste een kaartje. Mooi! De kosten zijn 516NOK. Daarna begint ze met de verkoop in volgorde van rij. Even later meert de boot aan en wij mogen er als eerste op. Fijn dat we nu gelijk meekunnen, want de volgende gaat pas vanmiddag om 15.00 uur en doet er bovendien een uur langer over.





De zee is kalm. Het is prachtig weer. De overtocht is 80 km., maar het vaste land blijft nog heel lang in zicht, zo helder is het. Dat is dan weer het voordeel van een paar regendagen. Het laatste deel van de overtocht zitten we op het achterdek, heerlijk uit de wind.

Na aankomst gaan we richting Å. Uiteraard zijn we niet de enigen.
De Lofoten zijn bekend om de gedroogde kabeljauw (Torfisk). Dat drogen speelt zich vooral af in de winter en het voorjaar. Nu zijn de meeste rekken alweer leeg. Achter het Torfisk-museum in Å hangt nog een schuur vol. In het schuurtje ernaast liggen de gedroogde koppen. Een raar gezicht. En het ruikt nogal sterk. De vis zelf gaat naar Zuid-europa en de koppen gaan naar Afrika (Nigeria) voor de soep.





hier hangt de vis nog te drogen en hier liggen de koppen

We willen vandaag tot Ramberg. Dat zijn niet veel kilometers, maar we doen er uren over. Achter elke bocht is er wel weer iets foto-genieks. Eigenlijk rijden we door een grote ansichtkaart. Een beetje onwezelijk zelfs. In Reine rijden we het dorp in. In het midden is een soort van pleintje. Her en der zitten mensen wat te eten of te drinken. We parkeren gewoon aan het plein en zoeken een bankje om te lunchen. Ondenkbaar in Nederland. Daar zou het stikdruk zijn en alles afgezet zijn voor verkeer.

pauze in Reine uitzicht op Reine

We willen overnachten in Ramberg. Alle hutten zijn vol. Nu wisten we dat allang, want al in februari hebben we geprobeerd hier een hut te reserveren voor een paar dagen. Bij nader inzien zijn we blij dat dat niet gelukt is, want het is hier prachtig, maar er is verder weinig te doen en je kunt van hieruit niet veel kanten op. Dus één nacht is voldoende. Ons koepeltentje hebben we eigenlijk meegenomen voor nood, maar het is hier zo mooi dat we toch echt graag een nacht willen blijven. Dus zetten we de tent op. De voorzieningen bij de camping zijn aan de krappe kant. Wel is er een keukentje en een zitruimte. We koken vandaag zelf. Na het eten wandelen we over het strand. We vinden een rots waarop we heerlijk uit de wind en in de zon kunnen zitten tot laat in de avond.

hier hangt de vis nog te drogen

Ramberg - Kabelvåg (115 km.)

Tot onze verbazing hadden we het vannacht ontzettend warm. Dat lag vast aan de nieuwe ligmatjes. En aan het feit dat het hier 's nachts amper afkoelt. Sterker, het is afgelopen nacht warmer geworden. En het heeft vannacht geregend. De bodem van onze tent blijkt niet meer waterdicht te zijn, maar het had verder geen dramatische gevolgen. Omdat het nog steeds een beetje miezert, gaan we ontbijten in het restaurant.
Tegen de tijd dat we op pad zijn is het droog. We stoppen bij Flakstad bij de kerk. Deze zou gebouwd zijn van drijfhout, maar wij zien er niks bijzonders aan. Misschien is er binnen meer te zien, maar helaas is de kerk nog niet open (vanaf 11.00 uur).

De volgende beroemde bezienswaardigheid is het dorpje Nusfjord. Via een kronkelweg door de bergen komen we bij het vissersdorp. We betalen 50 NOK om overal in te mogen, zoals de zagerij, bakkerij, smid etc. Het dorp was vroeger geheel zelfvoorziend.



Voor Leknes stoppen we nog even bij een uitzichtspunt. Dan over de 815 naar Kleppstad. Het is een mooie kustweg. Rond een uur of drie zijn we op de camping in Kabelvåg. Er zitten hier twee campings direct naast elkaar: Ørsvåg en Sandvik. Na een week elke dag doortrekken vinden we het altijd prettig om een paar dagen op één plek te blijven. We hebben een hut gereserveerd op Ørsvåg voor 3 nachten. De hutten blijken enigzins oud en slecht onderhouden te zijn (Sandvika heeft nieuwe hutten voor dezelfde prijs). Maar we doen het ermee. Verder is het een leuke plek om een aantal dagen te verblijven. In de omgeving is van alles te doen. Je kunt er ook meerdere kanten op. De ferry bij Svolvaer is dichtbij, als we dat willen. En je kunt 's avonds leuk rondwandelen over de campings. Er is veel te zien, want beide campings lopen elke avond vol. We kletsen nog even bij met een duits stel dat we de afgelopen dagen verschillende keren ontmoet hebben. Zij zijn via de 17 omhoog gereden en hebben daar 3 dagen regen gehad. En mist. Zo erg dat ze op een van de dagen niet meer dan 125 km konden doen. Als we dit horen zijn we blij dat we voor de E6 hebben gekozen. De 17 houden we nog te goed.
In een uithoek van Sandvika hebben we mooi uitzicht op het vaste land van Noorwegen. Dat is toch zeker 40 km ver weg.



Rondje Lofoten (170 km.)


Gisteren was het een bewolkte dag. Vandaag is het stralend weer (23 graden!). We gaan een rondje doen over de Lofoten. Eerst gaan we via de 815 terug naar Leknes. Die weg hebben we gisteren ook gereden, maar nu andersom. We zijn amper op pad, of we stoppen al voor koffie. Rebecca's cafe ziet er zo uitnodigend uit, dat je gewoon wel even moet stoppen. We zitten heerlijk op de veranda, genietend van het uitzicht, met licht klassieke muziek op de achtergrond.


Bij Leknes halen we boodschappen en dan gaan we via de E10 terug. We doen een abstecher naar Urnstad. Het strandje is niet zo mooi als bij Ramberg, maar we gaan er wel even zitten voor een picknick. Dan is het tijd voor onze andere hobby, het geocachen. Het leidt ons via een gravelpad naar een mooi uitzichtspunt. Net als je denkt ergens in de middle of nowhere te belanden, staat daar zomaar een hele grote duitse touringcar.

Onze volgende stop is het Vikingmuseum in Borg. Voor noorse begrippen is het druk. De entree is 120 NOK. Eerst bekijken we het hoofdgebouw. Er is ook een nagebouwd vikingschip te bekijken, maar dat ligt 1,5 kilometer verderop. Dat is ons net iets teveel om te lopen met de motorkleding aan (het is warm, en het is heuvelachtig). We proberen of we via gravelpaden met de motor bij de boot kunnen komen maar dat lukt niet.





Verder gaat het over de E10. Ook nu weer mooie stukjes kust. Onze laatste stop voor vandaag is Henningsvaer, het Venetië van Noorwegen. Beetje rondlopen. Glasblaserij bekijken. Ansichtkaarten kopen. IJsje eten op het plein etc. Buiten het dorp doen we nog een geocache. We moeten er een stukje voor lopen, maar de beloning is een mooi uitzicht op het dorp. Om 19.00 uur zijn we terug op de camping.



Trollfjord (170 km.)

Het weer is omgeslagen. Maar toch is het 's ochtends nog droog, dus gaan we maar een stukje rijden. We gaan naar het Trollfjord, maar echt opzienbarend is het niet. Eigenlijk is het ook meer bekend van de boottochten. In stromende regen komen we terug bij de camping. Volgens de weersverwachting worden het overmorgen weer beter. We besluiten een extra nacht in het huisje te blijven, en morgen weinig te doen.

Kabelvåg - Fauske (100+26+150 km.)

Eigenlijk had het vandaag beter weer moeten zijn, maar dat is het dus niet. Het blijft de hele dag regenen... we gaan weer naar de E6. Eerst de E10 naar Lodingen. Daar nemen we de ferry. De mensen van de ferry maken zich nogal druk dat de motoren goed vastgezet moeten worden. We maken ons al zorgen over een heftige overtocht. Maar dat valt mee. We kunnen rustig gaan eten in de kantine. Alleen af en toe een klap. Vanaf de ferry zitten we weer op de E6. We rijden vandaag tot Fauske.

In de avond is het droog en gaan we achter de camping wandelen. We zijn nog niet ver van de camping of we zien een eland staan op een veld. We blijven een tijdje staan kijken. Het beest trekt zich niet veel aan van ons.
Als we na 2 uur wandelen terug komen zijn we verrast. De eland is er nog steeds. Tijd om de grote camera van Gerard op te halen op de camping. Het is ons niet duidelijk wat het is, een jong mannetje of een vrouwtje. Even later komt er een groot mannetje bij. Uiteindelijk zien we ook nog een paar jonge mannetjes uit het bos tevoorschijn komen.


Fauske - Mo-i-Rana (310 km.)

Het is droog vandaag. Wel een beetje frisjes. We gaan vandaag het noordelijke deel van de 17 doen. Een mooie route. Uiteraard stoppen we even bij de gletscher Svartisen.
De eerste ferry gaat vlotjes. De tweede is een lange en is net weg. Dat betekent 2 uur wachten. Gelukkig hebben we nog een paar sudoku's bij ons. En we mogen een enquete invullen over de 17. Eigenlijk zou er een extra boot moeten gaan in de zomer, maar die is blijkbaar geschrapt.
Ondertussen is het gaan regenen en het houdt ook niet meer op. Eigenlijk hadden we naar Nesna gewild, maar gezien het weer gaan we naar Mo-i-Rana. Als we de ferry afkomen, is er geen tankstation te bekennen. En de volgende 90 km naar Mo-i-Rana ook niet. Ik doe mijn best om zuinig te rijden. Als we Mo-i-Rana binnenrijden is er gelukkig gelijk een tankstation. Volgens de boordcomputer van de motor kan ik nog 1,7 km rijden. We gaan naar hetzelfde motel als op de heenweg. Deze keer nemen we een camping-kamer. Dat betekent dat we zelf voor beddegoed moeten zorgen (lees slaapzakken).



Mo-i-Rana - Brønnøysund (260 km.)


We draaien de E6 op naar het zuiden. Het regent nog steeds. Bij de afslag naar Brønnøysund draait Gerard de parkeerplaats op om te bespreken wat we gaan doen. Blijven we op de E6? We besluiten naar Brønnøysund te gaan. we raken nog even aan de praat met een nederlands stel met een oldtimer auto en dito caravan. Een mooie combinatie. We hebben hen ook al gezien in de buurt van Røros. We kletsen wat over het weer. Zij besluiten verder te gaan over de E6. Hij heeft nog een toepasselijk citaat van Hermans, maar het is ons even ontschoten (zoeken we op). De weg naar Brønnøysund is bijzonder mooi, ook al regent het. In Brønnøysund rijden we door tot camping Torghatten. Erg mooi gelegen, maar geen moer te doen. Zal wel met het weer te maken hebben. We zijn hier om de wandeling naar de Torghatten te doen. En gat in de bergen, uitgesleten door erosie.



Brønnøysund - Flakk (360 km)

We hebben vandaag een lange rit voor de boeg met twee ferry's. De eerste ferry in Vennesund gaat vlotjes.
Het is mooi weer. We zijn blij dat we gisteren toch naar Brønnøysund zijn gegaan. De route na deze ferry is een echte stuurweg. Bij de oude brug van Hammer eten we onze boterhammen. HEEL toevallig ligt daar ook een geocache ;). Van de 17 gaan we naar de 720. Bij het uitzetten dacht ik dat het een saaie weg zou zijn, maar ook hier weer mooie wisselende landschappen. Eerst kilometerslang boven langs een fjord. Dan door dalen. Soms landbouwgebied, dan weer bossen. Het laatste deel gaan we binnendoor naar de ferry. Weer een prachtige stuurweg. Het lijkt wel een beetje op het Sauerland.



De ferry ligt al klaar, we kunnen er gelijk op. De klep gaat dicht en voor we het weten varen we al. We hadden totaal geen info over deze ferry. Het blijkt een hele drukke te zijn. Minstens twee boten varen continue op en neer. Waarschijnlijk veel forenzen-verkeer.


Aan de overkant ligt camping Flakk. Bij de ferry is een cafetaria. Verder is er niks. Ondertussen zijn we de ferry op- en afgereden zonder te betalen. We snappen er niks van. Bij het cafetaria hangt een pamflet met uitleg. Het gaat automatisch met een of andere card. Die hebben wij uiteraard niet. Wij hadden op de boot moeten betalen. Bij niet betalen krijgen we over 3 maanden een rekening thuis. We wachten af.
Omdat het prachtig weer is, hebben we ons tentje opgezet.

Ten zuiden van Trondheim komen we weer op de E6. Onder Dombas gaan we er weer af. We gaan naar Gjendeheim aan de 51. We zijn hier voor een wandeling die al heel lang op ons lijstje staat. We nemen een hut bij Besheim. De mooiste hut van onze vakantie. Het is een zeer ruime bovenverdieping met balkon met uitzicht. Helaas is het maar 2 dagen vrij.

We hebben mazzel met het weer. Het is morgen goed wandelweer.

Wandeling over de Besseggen

Deze wandeling staat al lang op ons verlanglijstje. In 2007 ging het niet door vanwege een enkelblessure bij Gerard. Gerard twijfelde toen om het toch maar te proberen. Nu weten we dat het verstandig was om dat niet te doen.

De clou is dat we eerst met een een boot naar Memurubu worden gebracht, en vanaf daar wandelend teruggaan. We parkeren de motor op de parkeerplaats bij Gjende. We zijn mooi op tijd en kunnen met de eerste boot mee. Dit is bij de Noren zelf een zeer populaire wandeling, en het is vandaag weekend en mooi weer. Het is druk, maar niet zo erg als we verwacht hadden.

wachten op de boot aankomst in Memurubu

Bij Memurubu ga ik eerst naar de wc. Voor we het weten is iedereen al weg en uit zicht. We moeten even zoeken welke kant we op moeten. Blijkbaar moeten we de borden "Besseggen" volgen en niet "Gjendeheim". Al snel hebben we de anderen weer in het vizier. We moeten gelijk flink stijgen. Het duurt niet lang of de fleece-vesten gaan uit.









Ergens hier vroegen we ons of dit nog normaal is. "Stond dit in het wandel-gidsje?".
Maar het gros van de Noren lijkt het normaal te vinden. Je ziet zelfs gezinnen met jonge kinderen. En wandelaars met honden. Grotere honden wel te verstaan.

Nu is het zo dat je de wandeling natuurlijk ook andersom kunt doen. Groot nadeel is dat je dan afhankelijk bent van de tijden waarop je met de boot terugkunt. Een ander probleem kan dit steile deel zijn. Je moet hier dan namelijk naar beneden en dat is toch moeilijker. Als we bovenaan dit steile deel zijn, komen we een (Noors?) stel tegen. De vrouw is volledig panisch. Ze durft niet naar beneden. De man blijft er rustig onder en praat haar steen voor steen naar beneden. Dat gaat een lange weg worden... wij weten dat het ergste nog moet komen.



Dit is ook het punt waar de bekende foto's van de Besseggen gemaakt worden. Het hoogte verschil tussen de twee meren is 500 meter. Als je goed kijkt zie je op de foto hieronder de wandelaars als kleine stipjes op de bergrug. En op de foto hierboven zie je linksonder de boot die een volgende groep wandelaars vervoert.



Hierna wordt het een stukje vlakker. We passeren het hoogste punt (een grote berg stenen). Het waait hier flink, zodat we al snel onze fleece-vesten weer aan doen.

Moe maar voldaan komen we weer beneden. We hebben 18 kilometer gelopen. Zo, en dan nu eerst een ... ijsje.



Langzaam richting Oslo



We kunnen niet langer in het huisje blijven, omdat het al besproken is. Eigenlijk hadden we vanaf hier via gravelwegen (Jotunheimveien en Peer Gynt) naar Lillehammer willen rijden. Maar het weer is die kant op niet geweldig. We besluiten eerst weer een stukje naar het noorden te gaan, en dan via de 55 naar de camping in Sogndal. Gewoon een mooie route. We zijn er al vaker geweest.


In Gaupne willen we nog even een geocache doen bij de oude kerk. De cache ligt onder het gereedschap-huisje van het kerkhof. Omdat er mensen op het kerkhof zijn wachten we maar even. Om de tijd te doden lopen we om de kerk heen. Als we aan de voorkant de hoek om komen, worden we gespot door de gids. Een student die op een stoeltje, met veel kannen koffie, zit te wachten op toeristen. Er is geen ontkomen aan voor ons. Een ticket is 45NOK. Met of zonder gids. Dan maar met gids. Welke versie we willen... nou, doe maar de korte van 5 minuten. Bij nader inzien blijkt het toch best interessant te zijn en worden het meer dan 5 minuten. De kerk (en ook de schilderingen) zijn van 1647!

De volgende dag gaan we via het Hemsedal naar Honefoss. We overnachten er weer in dezelfde school (zomerhotel) als enkele jaren geleden. De dag erop moeten we om 12.00 uur in Oslo zijn.
Dat lukt natuurlijk makkelijk. Bij de boot teffen we een aantal Nederlanders waarmee we de wachttijd doden door de Noorwegen-ervaringen uit te wisselen. Daarna schepen we de motoren en onszelf in en genieten we van een rustige bootreis naar Kiel: het zit er weer op!

Verhalen van anderen

Peter Bouwmeester, veel wandel-verslagen
Waar is de Mol? Reisverhalen met veel informatie