Andorra 2000

Wat er aan vooraf ging.

Vorig jaar heb ik (Louise) een eendaagse offroad-cursus gedaan bij Henk Seppenwoolde en daar een folder van MotorCycleExperience van Johan v/d Wal meegenomen. De foto's spreken gelijk aan, maar het lijkt me allemaal net iets te heftig voor een beginner. Echter, helemaal los laat het me ook niet, zeker niet nadat ik per toeval na afloop van een toertocht bij Ronny aan tafel zit en hij foto's laat zien van Andorra. Hij is net terug uit Andorra en heeft het heel erg naar zijn zin gehad.

In het voorjaar op de motorbeurs is het dan zover. Ze blijken ook voor beginners een programma te hebben en ik schrijf me gelijk in voor een hele week, dit laatste op aanraden van Ronny, want volgens hem zou ik spijt krijgen als ik voor slechts 2 dagen zou inschrijven (hij had gelijk). We plannen het in als onderdeel van onze normale motor-zomervakantie. Gerard heeft geen zin in het offroad gebeuren en plant voor zichzelf voor die week enkele toertochtjes in de omgeving van Andorra.



Toeristisch van Clermont-Ferrand naar Andorra/Barcelona (700 km)

toeristisch naar Andorra Onze vakantie begint met een weekendje Hemelvaart in de Eifel met de tdm/trx-club. Als iedereen op zondag 4 juni huiswaarts rijdt, gaan wij verder richting het zuiden. Over een week worden we in Andorra verwacht. We hebben dus ruim tijd en besluiten vanaf Verdun binnendoor naar Andorra te rijden. Eerst naar Avallon in de Bourgogne. De volgende dag gaan we dwars door de Morvan, het groene hart van Bourgogne, naar de Auvergne. Heel mooi, maar het schiet niet echt op. Daarom nemen we bij Vichy de snelweg, om vervolgens ten zuiden van Clermont-Ferrand er weer af te gaan. Vanaf dat moment wordt het echt plezierig rijden: doorgaans goed asfalt, veel bochten, mooie omgeving, weinig verkeer en toch een beetje opschieten. Het is dan ook niet verwonderlijk dat we juist op dit deel van de route veel motorrijders zien, allemaal op weg naar het zuiden.

Voor route en info op de foto klikken.


En onder het mom "als we toch in de buurt zijn" vertoeven we ook nog twee dagen in Barcelona.


Zondag 11 juni

Op zondagmorgen rijden we van Barcelona naar Andorra. Amper op pad begint het te regenen. Ondanks de regen zien we toch wel erg veel motoren. Even later weten we waarom, we passeren het circuit van Catalunya, waar die ochtend de Grand-Prix verreden zal worden.

Op Col de Toses krijg ik het verdomd koud, ik ben in Barcelona vertrokken met te weinig kleding aan en in de regen een extra trui aantrekken heeft weinig zin, dus doorrijden. Op de top warmen we ons in het restaurant, volgens de thermometer is het buiten 5 graden. Vanwege de kou en de regen besluiten we niet over Pas de la Casa te gaan, maar onderlangs via Seu d'Urgell.

In de loop van de middag komen we in het Hotel La Residencia Aldosa aan. Ad en Jeanette zijn er al. Ze zijn met auto en aanhanger, met daarop de TT350 van Ad. Gisteravond zijn ze ingesneeuwd op de Pas de la Casa en hebben daar overnacht. Om weg te komen moesten ze eerst sneeuwkettingen kopen. Dit was toch een zomervakantie ? Ad blijkt, net als ik, vorig jaar een dagje offroad cursus bij Seppenwoolde gedaan te hebben. Even later komt Adri aanrijden op zijn K1200RS. Hij doet voor de derde keer mee. Of was het nou de vierde? De vorige jaren is hij diverse keren gevallen, maar hij blijft volhouden. De details wil ik voorlopig nog niet weten.

Het hotel Het hotel wordt gerund door Bas en Marjan de Groot, ze wonen met hun kinderen op de eerste verdieping van het hotel. Daarboven de 16 kamers. We hebben bewondering voor het feit dat ze alles zelf doen. Als het nodig is, helpt Johan's vrouw Jopie en hun andere dochter Anke. Bas is de kok, maar als er veel aanmeldingen zijn voor het offroad-rijden rijdt hij ook mee, hij heeft veel gecrosst. Bij onze eerste maaltijd in het hotel merken we dat Bas nog ingesteld is op de eetlust van de groep offroad-rijders die de week voor ons waren (een groep mannen die allemaal hun eigen KTM520EXC mee hadden).


's Avonds komt Johan langs en informeert wie er de volgende dag meegaan. Ad, Adri en ik hebben ons voor 5 dagen ingeschreven. Jeanette voor 2 dagen, maar ze ziet het eigenlijk niet meer zitten. Daarentegen had Gerard zich helemaal niet voor het offroad-gebeuren ingeschreven, maar hij begint nu ook te twijfelen. Jeanette en Gerard moedigen elkaar aan en besluiten allebei de volgende ochtend mee te gaan.

Verder maken we deze avond kennis met Thomas en Thomas (der Grosse und der Kleine). Het Duitse blad Der Tourenfahrer brengt jaarlijks een overzicht van motorvriendelijke hotels uit, waaronder La Residencia. Vandaar dat er altijd wel Duitse toerrijders zijn. Nederlandse toerrijders daarentegen schijnen dit hotel nog niet echt gevonden te hebben. Thomas en Thomas verblijven twee weken in het hotel en maken dagritten met hun wegmotoren, welke steevast worden afgesloten met "Ein Kleines" in het hotel. In de loop van de week komen daar Ralf en zijn vrouw bij. En Natascha en Knut die, soms in overleg met Johan, met hun DR's op eigen gelegenheid off- en onroad rijden. Verder vertoeven er regelmatig wandelaars, ruiters en andere toevallige passanten. En nog enkele Engelsen, maar daarover meer in het vervolg van dit verhaal.



De motoren staan klaar

Maandag 12 juni

De motoren staan beneden op ons te wachten, maar eerst gaan we kleding uitzoeken. Ik heb mijn eigen offroad-laarzen bij me en gebruik mijn eigen integraal-helm en motorjas. Je eigen spullen zitten toch altijd het lekkerst. Belangrijk is goede protectie op schouders, knieën en ellebogen, omdat de routes bestaan uit veel steen en grint.


Het Engelse stel dat we gisteravond al hadden gezien blijkt ook mee te rijden. Althans dat was de planning. Bij de briefing blijkt dat zij geen motor-rijbewijs heeft .... hilariteit alom. Nog geheel afgezien van het feit dat het niet mag, we bevinden ons een groot deel van de dag op de openbare weg, is het onverantwoordelijk zonder rij-ervaring de bergen in te gaan. Blijkbaar hebben ze geen idee wat het inhoudt. De Engelse meneer is erg boos dat zij niet mee mag en dreigt naar de politie te gaan. Vooral doen. Hij is zo boos dat ook hij niet mee gaat.

De volgende stap is het uitzoeken van een passende motor. Johan heeft XT350's en KTM/LC4-400's in verschillende hoogtes. Jeanette kiest als enige voor een XT350, die is toch net iets lager. Ik stel gelijk even de hoogte van het schakelpedaal van "mijn KTM" bij. Met z'n zessen, Johan voorop, gaan we op pad voor het ochtendritueel: eerst bij het tankstation in het dorp de motoren aftanken. Twee mannen hebben een extra rugzak mee (gereedschap, reservedelen, ehbo-spullen, etc). Johan rijdt zelf met de zwaarste rugzak. Johan informeert wat we willen, alleen maar rijden of ook nog een beetje toeristisch bezig zijn en foto's maken. "Het is jullie vakantie", roept hij. De groep is unaniem, we willen ook nog wat zien en foto's maken. Verder hamert hij erop vooral "eigen tempo te rijden".

We gaan richting Port de Cabus. Bovenop de pas (2300m) ligt de grens. Aan de Andorrese kant is de weg verhard, aan de Spaanse kant onverhard. Op weg naar de top gebaart een motorrijder iets. Net voor de top snappen we wat hij bedoelde, de weg wordt door een sneeuwlawine versperd. Geen punt volgens Johan. Met vereende krachten sjouwen de mannen de motoren over de sneeuw. De laatste motoren rijdt Johan er overheen. Dat alles onder de zeer verbaasde blikken van een groepje toeristen, ze zullen ons wel voor gek verklaren. Boven op de pas gaan we oefeningen doen in de papsneeuw. De andere kant van de pas is onverhard en deels nog besneeuwd, met sneeuwvrije sporen van jeeps. We moeten eerst leren de sporen te volgen en ons zo weinig mogelijk aan te trekken van de sneeuw. Jeanette en ik kijken elkaar aan, waar zijn we aan begonnen. Uiteindelijk blijkt het toch mee te vallen en gaan we naar beneden. Op de achterrem, vooral geen voorrem gebruiken.

<sjorren, trekken Johan rijdt de laatste motoren erover oefenveldje... waar? hier?

Johan adviseert zoveel mogelijk staand te rijden. Vooral in de haardspeldbochten vind ik dat moeilijk, maar in de loop van de week gaat dat steeds beter. Ik smokkel af en toe een beetje, omdat ik niet morgen al stijf van de spierpijn wil zijn. Jeanette vindt het staand rijden erg onwennig en rijdt zoveel mogelijk zittend en dat gaat haar heel goed af. Nog voor de koffiepauze zijn we al de eerste loslopende koeien en paarden gepasseerd. Regelmatig stoppen we om te rusten en te genieten van de uitzichten.



Deze dag zijn we al door enkele stroompjes gereden, 's Middags zijn we toe aan een beek van enkele meters breed. Midden in de beek slaat de motor van Jeanette af en tja, dan moeten de voetjes aan de grond en iemand moet haar helpen om weer weg te komen. Vriend Ad is de klos. Tot groot vermaak van de rest, want het water staat hoger dan hun laarzen. Maar ook Adri lukt het de voeten nat te krijgen.

Jeanette Ad (die Jeanette heeft gered) Adri Gerard

's Avonds zijn we allemaal bekaf, niet alleen door de lichamelijke inspanning, maar ook door de concentratie die we de hele dag moeten opbrengen. Constant concentreren, vooruit kijken en letten op techniek. Bij ons is dat nog lang geen automatisme. Gerard kan zich niet herinneren ooit zo moe geweest te zijn, hij moet zich extra inspannen omdat hij aan één oog blind is en dus oneffenheden slechter kan inschatten. Hij compenseert dat door bewust eigen tempo te rijden. 's Avonds om tienen komt Johan nog even langs, we zijn allemaal net van plan naar bed te gaan.



Dinsdag 13 juni

Jeanette en Gerard hebben de smaak te pakken en gaan vandaag weer mee. Jeanette krijgt vandaag een KTM mee met een extra verlaagd zadel. We gaan via La Rabassa op weg naar Pic Negre (3000m). Na de koffie zit Jeanette er behoorlijk doorheen. Ze probeert toch nog mee te gaan, maar geeft na een half uurtje aan dat ze het helemaal heeft gehad. Ik kan me er iets bij voorstellen. Vorig jaar had ik het na een dagje Seppenwoolde ook helemaal gehad en had daar de volgende dag nog last van. En dit is "5 dagen Seppenwoolde". De omstandigheden zijn hier dan wel totaal anders, maar qua (in)spanning is het vergelijkbaar.

We besluiten met zijn allen terug te gaan. In een lastige afdaling met losse stenen gaat het mis. Jeanette kan de achterrem niet vinden (zit bij de KTM heel dicht tegen het blok) en pakt de voorrem. Ze duikt in een grasveld met stenen. Veel pijn in elleboog en pols is het resultaat. Nadat ze een beetje is bijgekomen gaat ze bij Johan achterop terug naar de bewoonde wereld, waar Jopie haar oppikt en met de auto naar het ziekenhuis brengt. Ad rijdt gelijk mee. Gelukkig heeft ze niks gebroken, wel flink gekneusd. Erg jammer dat het zo voor haar eindigt, vooral omdat ze het zo goed deed en we al op de weg terug waren. Johan, Adri, Gerard en ik eten nog even wat en gaan dan terug naar het hotel.

Johan brengt Jeanette weg, wij wachten zolang en maken nog enkele foto's (klik voor een vergroting: 288K)




Woensdag 14 juni

Door alle verhalen zijn "der kleine" Thomas en Ralf ook nieuwsgierig geworden en gaan een dagje mee. Allebei geen offroad-ervaring, maar dat vinden we niet erg, kunnen we na de ervaring van gisteren een beetje rustig aan beginnen. Normaal combineert Johan op de woensdag het offroad-rijden met rafting, maar daar is binnen deze groep te weinig belangstelling voor.

's Middags rijden we de omgekeerde route van maandag en komen bovenaan de pas Andorra weer in, waar de verharde weg begint. Gerard heeft net iets teveel oog voor het mooie uitzicht dat zich voor ons ontvouwt als we over de top rijden en remt zichzelf op de natte verharde weg onderuit. Weer die voorrem. Iedereen snelt naar Gerard, hij is linksom gevallen, maar zijn rechterduim wordt erg snel dik. Voldoende sneeuw voorhanden om het te koelen. Hij baalt als een stekker, het ging juist zo lekker vandaag.

eerste pauze kont naar achteren alweer pauze?


's Avonds zegt Gerard nog steeds niet te begrijpen waarom zijn rechterduim gekneusd is terwijl hij linksom gevallen is. Der kleine Thomas weet het antwoord. Op het moment dat Gerard viel, wilde Thomas links van zijn motor afstappen, maar kreeg een tik van Gerard en werd naar rechts geduwd. Iedereen snelde naar Gerard om hem te helpen, maar degene die echt in de problemen zat was Thomas, op zijn rechter been, half wankelend boven de vangrail. Hij kon er (achteraf) wel om lachen. We wissellen adressen met hun uit en beloven foto's na te sturen.

Op deze avond maken we kennis met een Diane, een Engelse dame die de donderdag zal meerijden. Iedereen informeert of ze het motorrijbewijs heeft. Ja hoor en een beetje offroad ervaring. Lachend hoort ze het verhaal van maandag aan.



Donderdag 15 juni

Het lijkt wel het verhaal van de tien kleine negertjes. Gerard gaat ook niet meer mee, hij heeft teveel last van de duim. Hij verwacht wel met de wegmotor te kunnen rijden, en zal ons bij de lunch komen vergezellen.

Johan praat nog wat met Diane, blijkt ze al tien jaar geen motor meer gereden te hebben en de offroad ervaring komt erop neer dat ze een keer in een dronken bui op een terreinmotor heeft gezeten. Johan is not amused en wij ook niet. Om het niet gelijk af te kappen, spreekt Johan met haar af dat hij op de weg haar rijgedrag zal bekijken en dan zal beoordelen of ze verder mee mag. Wij denken er het onze van en gaan alvast tanken en speculeren hoever ze zal komen. We denken dat ze Andorra-la-Vella niet haalt. Een paar minuten later komt Johan alleen aanrijden. Ze was niet in staat zelf de motor de garage uit te rijden en daarmee was het gelijk over en uit. Johan gaat nog een keer met haar apart de (verharde) weg op.

Vandaag weer op pad naar Pic Negre. Iedereen heeft zo zijn eigen problemen, voor mij is dat een zeer krappe haarspeldbocht rechtsom naar beneden. Ik zie zo'n situatie voor me, twijfel te lang, stuur niet goed in en val om. Niks aan de hand. De heren komen terug, zetten de motor voor mij overeind en rijden weer weg. Shit, sta ik nog voor diezelfde bocht, en nu vanuit stilstand. Ik besluit linksaf te gaan en daar te draaien (weet niet of ze het gezien hebben, maar ik heb het ze niet verteld).

Op 2700 meter versperren sneeuw en twee jeeps de weg. De automobilisten durven niet meer voor- en achteruit. Adri en ik durven er niet langs, Johan doet dat voor ons. In de verte ligt weer sneeuw op de weg, Johan gaat op verkenning uit. Ad en Adri vinden het welletjes en gaan niet verder. Ze krijgen gezelschap van een verdwaalde hond. Het beest is erg aanhankelijk en kruipt jankend tegen hun aan. Veel meer dan een beetje water kunnen ze niet bieden.


Ik ga samen met Johan verder. Omdat sneeuw een deel van de weg verspert gaan we naast de weg verder omhoog. Wel sneeuwvrij, maar erg hobbelig door een soort graspollen. Op een gegeven moment is de snelheid er uit bij mijn motor en ik probeer wat meer zijwaarts en dus minder steil weer gang te krijgen. Voor ik het weet sta ik dwars op de helling. Beelden van hillclimbing komen in me op. Ik heb het nu ook even gehad en wacht tot Johan terug is. Het zet de motor weer recht en we gaan verder. Daarna wordt het gemakkelijker en bereiken we de top (één van de toppen eigenlijk). Ik word beloond met een schitterende uitzicht rondom.

Pic Negre

Louise op de Pic Negre Nogmaals Pic Negre


Dan moeten we weer terug en krijg ik instructies: in de één, met achterrem, staand en kont naar achteren. Gaat prima. Ad en Adri haken aan. Dan kan ik de achterrem niet vinden, ik blijf het een crime vinden met die dikke laarzen, vooral staand. Maar bij de tweede en derde poging kan ik de rem nog niet vinden, eens kijken, mijn voet heeft de rem wel gevonden, maar de rem doet niks. Afremmen op de motor. Gelukkig is het even wat minder steil, dus de voorrem maar. Vapour Lock, de rem is te warm geworden door de lange afdaling.

Parkeren in het steegje voor het restaurant

We lunchen in een authentiek Catalaans restaurantje, zo eentje die je zelf nooit vindt. Gerard is er ook. "Mucho blanco" roept het Spaanse vrouwtje als ik mijn motorkleding uitdoe. Voor haar onbegrijpelijk dat wij, met onze witte huid, in de volle zon op het terras willen eten, maar het uitzicht is zo mooi. Jammer dat ik zelf geen Spaans kan, ik begrijp van Johan dat ze vraagt of ik me misschien in de badkamer wil "omkleden" en ze is nieuwsgierig bij wie van de heren ik hoor.
Kijken naar een verongelukte smokkelauto

Weer op pad. In the middle of nowhere ligt een tak keurig over de weg. Een paar meter verder, achter de bocht, staat een busje van de douane. Een groot deel van de dag zitten we op smokkelroutes. De meeste douaniers kennen Johan wel, we worden de hele week dan ook niet aangehouden. 's Avonds bij een drankje verandert de twijg in een boomstam.




Vrijdag 16 juni




Vandaag een relaxte dag. Mooie rit met een technisch stukje. Wel weer hard werken en zweten, zweten, zweten. Johan is de enige die af en toe moet plassen, wij zweten alles eruit. Ik heb me voorgenomen vandaag alles staand te rijden en dat lukt aardig.

We sluiten de dag af met een BBQ bij een kerkje ergens in de bergen. Heel idyllisch. Jopie heeft alles verzorgd en is al druk bezig als wij aan komen rijden. Jeanette, Gerard en Diane zijn ook van de partij. Dit is weer echt genieten. Op weg naar het hotel rijden we nog even langs enkele motorzaken (er is een straat met allemaal motorzaken)


leader of the pack the pack mmmm...bbq


Een blije Adri, dit jaar niet 1 keer gevallen zomaar een mooi dorpje




Zaterdag 17 juni

We hebben nog geen idee waar we heen willen vanuit Andorra, ook nog geen tijd en zin gehad om daar over na te denken. Daarom boeken we een extra dag in het hotel. Ad, Jeanette en Adri gaan vandaag naar huis. Adri gaat in augustus weer een weekje, hij wil dan naar de top van Pic Negre. Ook Ad overweegt nog eens terug te komen. Zijn mening over deze week: "dit kun je niet thuis vertellen, dit moet je zelf beleven".

We hadden een groepje dat kwa ervaring en wensen heel goed bij elkaar pastte. Op de motorbeurs heb ik vrij lang met Jopie gekletst. Zij deelt de mensen in. Het is belangrijk dat je goed aangeeft hoeveel ervaring je hebt en wat je er van verwacht.

Na het afscheid gaan we nog een stukje toeren met onze wegmotoren (R1100RT en TRX850). Eerst via de Coll del Canto naar Sort. Volgens een Duits boek dat ik heb: "40 km. bester Kurven und so gut wie verkehrsfrei". Dat maakt ons natuurlijk nieuwsgierig. Dan de C147 naar Llavorsi. We hebben hier de afgelopen week geluncht en we verbazen ons nu hoe ontzettend ver het is over de verharde weg. Dan links naar het
Parc Nacional D'Aigues Tortes. Tegenwoordig mag je nog maar tot Espot en vandaar verder met een 4WD-taxi. Hebben we geen zin in, dus terug naar de C147. In Esterri blijven we op de C147. Het wordt nu een smal weggetje langs de rivier Pallerase. Volgens onze kaart helemaal verhard en komt weer uit aan de andere kant van Port-de-la-Bonaigua. Kunnen we mooi via die Port terug. Het is alsof we door een ansichtkaart rijden. Gerard is op een gegeven moment blij dat mijn filmpje vol is, ik krijg geen nieuw rolletje van hem ;-). Achter Alos-de-Gil gaat het over in een onverharde weg. Na enkele kilometers onverhard pakken we de andere kaart die we bij ons hebben. Volgens die kaart is het zeker nog 40 tot 50 kilometer onverhard, dat wordt te gek, het is tenslotte al laat in de middag. We draaien om en gaan via dezelfde weg naar het hotel terug. Niet bepaald een straf.

Pallerase Het dorpje Isil

Toch maar draaien


Heb ergens gelezen dat jaren geleden in deze omgeving weer beren uitgezet zijn, maar de kans die te zien zal wel nul-komma-nul zijn.



Zondag 18 juni

We nemen afscheid van de families van de Wal en de Groot en Diane. Diane " is taking a time out" en zoekt werk. Misschien blijft ze nog een tijdje helpen in het hotel.

We gaan naar de Cevennen, het eerste deel van de route leidt ons binnendoor naar Narbonne, waar we de snelweg op willen. Het laatste stukje van de D613 is afgesloten en we worden omgeleid langs het dorp LaGrasse. Het is tijd voor koffie en er is rommelmarkt, dus prima plek om even te stoppen. Als we op een terras zitten horen we onze namen. Het zijn Rolf en Rosi, de eigenaars van het motorpension in Moux waar we op de heenweg enkele nachten verbleven. Hoe het was in Andorra. Grandioos natuurlijk. En of ik er iets bijgeleerd heb, Rosi wil er misschien zelf naar toe. Seppenwoolde had al diverse basis-technieken uitgelegd en Johan nu ook weer , maar dat daadwerkelijk in de praktijk brengen is natuurlijk een heel ander verhaal. Dat heb ik deze week uitgebreid kunnen oefenen. Het heet MotorCycle Experience en zo heb ik het ook ervaren. De omgeving; een reisleider die alle weggetjes kent; de Catalaanse lunches; loslopende koeien, geiten en paarden; de geur van brem, lavendel en tijm. Allemaal ingrediënten die samen de basis vormen voor een geweldige belevenis.